WNF en zijn aanspreekvormen
Dit onderzoek analyseert de Duitse en Nederlandse WNF site en stelt verschillen vast op het gebied van aanspreekvormen. Het doel is dus te ontdekken welke aanspreekvorm de voorkeur heeft gekregen door de Duitse en Nederlandse schrijvers. Is dat Sie of du? En u of jij? De hoofdvraag van het onderzoek luidde als volgt: In hoeverre zijn er verschillen tussen de teksten op de Nederlandse en Duitse WNF site, ten aanzien van aanspreekvormen?
Om aan te kunnen geven of er verschillen zijn hebben we allereerst gekeken naar de Duitse aanspreekvormen genoemd in een artikel van Delisle en naar de Nederlandse aanspreekvormen, genoemd in een boek van Vermaas. Dit gaf ons een theoretisch kader wat het analyseren makkelijker maakte. Delisle beschreef een theorie over indelingen van aanspreekvormen in het Duits en Vermaas beschreef de ontwikkeling in het Nederlands in het gebruik van u naar een vergroot gebruik van jij.
Door middel van het lezen van verschillende teksten op de WNF site, zowel de Nederlandse als de Duitse, hebben we elke aanspreekvorm die we tegenkwamen genoteerd. Aan het einde hebben we al deze aanspreekvormen bij elkaar opgeteld en deze vergeleken en gekoppeld aan de gevonden literatuur. In de Duitse teksten bleken er meer aanspreekvormen te zitten dan in de Nederlandse teksten. Wel bevatten de Nederlandse teksten meer variatie wat betreft de aanspreekvorm. ‘Jij’ had in de Nederlandse teksten de voorkeur als aanspreekvorm en ‘Sie’, ookwel ‘U’ had de voorkeur als aanspreekvorm in de Duitse teksten.
Als conclusie is er dus getrokken dat de Duitse teksten beleefder zijn opgesteld dan de Nederlandse. Deze conclusie sluit perfect aan op het theoretisch kader.